woensdag 8 april 2009

Ik zit in een schuur

ik weet niet hoe ik hier gekomen ben, waarom ik hier ben en wat er aan de hand is. Ik kijk naar buiten, het is donker, het lijkt er op dat er iets is geland of neergestort, het is me niet helemaal duidelijk.

Tegenover de schuur staat een huis, tussen de schuur en het huis ligt gras, het geheel omheind met een schutting.
De drang om naar het huis te gaan is groot maar het gevaar ligt op de loer.

Het is donker buiten, ik heb een zaklamp, ik schijn de duisternis in.

Plots zie ik wat bewegen, iets wat in mijn belevenis door moet gaan voor een vreemdsoortig wezen. Ze zijn plat, hebben een rechthoekig hoofd met ronde hoeken. Ze, hoewel ik er maar een zie. Ik attendeer de anderen, maar te laat. Ik wordt voor gek verklaard maar ik weet wat ik gezien heb.

De drang om over te steken naar 't huis is toegenomen en we besluiten de overtocht te wagen. Ik neem mijn zaklamp en schijn wederom de duisternis in, het is mistig, nee niet mistig, wazig is het goede woord. We zijn alert maar zien niets en bereiken veilig het huis.

Eenmaal binnen kijk ik weer naar buiten, plots zie ik er weer een lopen. Langs de schutting. Ik licht de anderen in maar hij heeft zich plat tegen de schutting gedrukt en zich onzichtbaar gemaakt zoals een kameleon de kleur van z'n omgeving kan aannemen. Maar ik zie hem.

Ik besluit erheen te lopen, te rennen. Hij maakt zich uit de voeten en ik achtervolg hem. Hij rent, ik ren erachteraan, zo hard als ik kan maar ik kom niet dichterbij. Voor mijn gevoel kan ik harder maar t gaat niet. Plots neemt hij een duik de bosjes in, tussen de bosjes zie ik een gat opdoemen waar hij in verdwijnt. Ik spring er overheen en verwacht in het gat gezogen te worden of bij mijn benen gepakt te worden en in 't gat te verdwijnen. Maar er gebeurt niets, helemaal niets.

0 reacties:

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage